Zoek op deze site:
     

rf-Interview 01-03-2020

  ramfoundation
    Het laatste nieuws:

door: Linda Selena Boos

Met mijn interviews probeer ik door andere ogen naar kunst te leren kijken. Ik onderzoek wat onze blik op kunst vormt en verzamel uiteenlopende ervaringen over de manier waarop kunstwerken ons kunnen raken.

Foto's Linda Selena

Link:
Instagram
  laatste nieuws
Kunstenaars elders / Artists elsewhere (lees verder)

Kunstenaar - kunst - verzamelaar

 
Ikonomopoulou_art
"Untitled" - 1996
ink, acrylic paint, oil paint, wood, varnish, brass hinges
34 x 34 - 68 x 5 cm

Het eerste aangekochte werk door Kees Weeda van Maria Ikonomopoulou

 

Andere interviews:
Linda Selena Boos

 

 

 

 

 

anbi

     
 
Kunstenaar:
 

Maria Ikonomopoulou

 
Ikonomopoulou
 

Maria Ikonomopoulou (1961) is geboren in Kalamata, Griekenland. Zij studeerde vanaf ‘85 aan de Vrije Academie Voor Beeldende Kunsten in Den Haag, voltooide haar opleiding aan de Willem de Kooning Academie in Rotterdam (richting beeldhouwen en monumentaal) en volgde een bijscholing als docent beeldende kunst in Amsterdam. In Rotterdam heeft zij een eigen atelier als autonoom kunstenaar. Haar werk wordt regelmatig in België, Nederland, Griekenland en Duitsland geëxposeerd en is onderdeel van verschillende collecties in Europa. Binnenkort brengt zij haar boek Anthology uit. Deze monografie van haar werk wordt op zondag 8 maart gepresenteerd bij Walgenbach Art & Books in Rotterdam.

 
Hoe ben jij begonnen als kunstenaar?

“Ik wilde al sinds de middelbare school naar de kunstacademie maar dat mocht niet van mijn ouders. Ik heb toen eerst Economie gestudeerd in Athene, daarna mocht ik doen wat ik wilde. Als student volgde ik een cursus keramiek en dat vond ik magisch. Het materiaal klei is eigenlijk aarde wat je zelf met de hand bewerkt. Het moment dat een keramiek object uit de oven komt is het nooit precies wat je verwacht, maar altijd een verrassend “wauw” moment.
Via een kennis ben ik daarna in Den Haag op de Vrije Academie terechtgekomen waar ik met verschillende materialen en technieken experimenteerde, iets wat ik nog steeds graag doe. Op de Willem de Kooning kreeg ik vanaf mijn derde jaar een eigen atelier in de stad, waar ik het belangrijkste geleerd heb; zelfstandig werken. Ik maakte in die tijd driedimensionale beelden met veel verschillende materialen, maar op de markt kocht ik grote lappen ongebleekt katoen waarop ik aquarellen maakte. Later heb ik veel projecten gedaan op basisscholen en bij de kennismaking nam ik foto's van de kinderen waarmee ik werkte. Ik begon op basis daarvan portretten te tekenen.
Mijn werk is nu vaak tweedimensionaal, gemaakt met papier en textiel maar heeft altijd een reliëf erin wat een zekere ruimtelijkheid geeft.”

Welke herinnering is vormend geweest voor jouw werk?

“Als kind in de jaren ’60 bracht ik de zomers bij mijn oma door in een klein Grieks bergdorpje. Ik heb daar gezien hoe de boeren werkten en zelfvoorzienend waren, wat heel veel indruk op mij heeft gemaakt. Mijn oma was ook een ster in dingen maken, ze kon meesterlijk weven en ze gooide nooit iets weg. Restjes stof transformeerde ze tot kleine zakjes. Rituelen in het dorp gaven betekenis in hun leven, zoals objecten voor feesten, kleding met een boodschap, of de liederen die ze zongen. Ik kijk altijd nog met veel belangstelling naar Volkskunst.”

Tot welke kunstenaar of tot welk kunstwerk verhoud jij jezelf?

“Mijn werk heeft een hoog handvaardigheid-gehalte en wordt makkelijk als borduur- of papierkunst gezien, maar ik voel mij meer aangetrokken tot conceptuele kunst waar vanuit een idee gewerkt wordt. Ik begin nooit vanuit het materiaal zelf. Een kunstenaar waar ik graag naar kijk is Pieter Laurens Mol. Hij werkt met verschillende materialen die allemaal betekenis hebben. Ieder element is bewust gekozen. Dat fascineert mij aan zijn werk.”

Ikonomopoulou_atelier

Pagina uit 'Anthology' met het werk ‘Stoffelijke Resten’

Wanneer valt een kunstwerk voor jou op?

“Alles wat mij doet stil staan... Dat kan een klein abstract schilderijtje zijn maar ook een groot figuratief beeld. De beelden van Juan Muñoz geven mij die ervaring. Die vertellen iets wat net niet met woorden gearticuleerd kan worden.”

Wat is volgens jou de taak van een kunstwerk?

“Om iets te zeggen wat je aanvoelt, maar niet met woorden kan articuleren. Soms zijn woorden niet voldoende. In mijn optiek draait alles erom dat we het tussen het leven en de dood in moeten doen, en hoe we dat met elkaar oplossen is erg ingewikkeld. Kunstwerken zijn er om dicht bij die essentiële vragen te komen. Bevragend, en er tegelijkertijd iets over zeggen, is troostend. Een werk dat iets zo transformeert dat wij het allemaal kunnen begrijpen is verheven, en nodig om door te kunnen gaan.”

Op welk werk van jezelf ben jij het meest trots en waarom?

“Op dit moment ben ik er heel trots op dat ik een boek heb gemaakt. Het heet Anthology en is mijn eerste monografie. Als kunstenaar wil ik continue vooruit gaan, terwijl ik voor het maken van een boek over mijn werk moest terugkijken en reflecteren. Veel keuzes maken, veel samenwerken, en veel darlings weglaten. Nu ben ik er enorm trots op want het is gelukt! Tijdens een tentoonstelling zien mensen slechts fragmenten van mijn werk. Er was veel vraag naar om te kunnen zien waar iets vandaan komt en welke verhalen erbij horen. Het werk ‘Growing Care’ op de omslag bestaat uit twee begrippen die voor mij belangrijk zijn. Groeien vind ik het leukste wat er is; zodra ik iets nieuws begrijp krijg ik een ‘aha’ gevoel. Ik hoop dat, voordat ik deze wereld verlaat, ik het een beetje meer gesnapt heb. En ‘Care’, het zorgen voor je omgeving maar ook je zorgen maken, is iets essentieels en moois.”

Maria pakt een proefversie van Anthology en slaat het open.

“Dit is een foto van een werk dat ik over mijn oma heb gemaakt. In zelfgemaakte witte stoffen zakjes heb ik al haar spulletjes verborgen die ik na haar overlijden verzamelde. Het werk noem ik ‘Stoffelijke Resten’ en het is een ode aan haar affiniteit met textiel.”

Jouw werk is aangekocht door Kees, hoe is dat tot stand gekomen?

“Kees heb ik lang geleden via-via leren kennen. Bij een van mijn tentoonstellingen in Rotterdam heeft hij een werk gekocht uit een serie portretten. Het is een geschilderd portret op hout in een lijst die dicht kan als een luikje. Wat Kees daar zo mooi aan vindt is dat het geopend een portret is, en gesloten een abstract werk zoals Zwart Vierkant van Malevich. Ik kan mij daar heel erg in vinden, maar heb het niet met deze intentie gemaakt. Ik vond het portret best intens en indringend. Op deze manier kan je kiezen wanneer je er geconcentreerd naar wil kijken, en wanneer je niet kijkt. Ook uit respect naar het werk toe; een kunstwerk is niet voor altijd. Zo is het een soort ritueel.”

Links:
website Maria Ikonomopoulou
 
 
Verzamelaar:
 

Kees Weeda

 
weeda
 

Kees bij zijn bureau met een werk van Maria Ikonomopoulou

Kees Weeda studeerde fotografie en Nederlandse taal en letterkunde en heeft gewerkt als journalist voor verschillende kranten. Vanaf 1986 tot 2004 werkte hij als hoofd van de afdeling Culturele Zaken bij de gemeente Rotterdam. Tussen 2004 en 2011 was hij algemeen secretaris bij de Raad voor Cultuur. Na 2011 is Weeda voorzitter geworden bij de Raad van Toezicht van Witte de With Center for Contemporary Art, en lid van de Raad van Toezicht bij o.a. Stichting AVL-Mundo, Stichting Rotterdam Designprijs, en Stichting Pierre Bayle Prijs voor Kunstkritiek.

 
Hoe ben jij begonnen met het kopen van kunst?

“Mijn belangstelling voor beeldende kunst is ontstaan doordat ik ooit ben begonnen als fotograaf. Na een tijdje ben ik gaan werken als journalist maar bleef wel fotografen volgen die ik interessant vond. Door hun werk aan te kopen is het verzamelen bij mij begonnen. Later ben ik in het kunstbeleid gaan werken waardoor ik veel in aanraking kwam met kunst en kunstenaars. Via persoonlijke interesse in de kunstenaar ontstaat er dan ook interesse in het werk, of soms ook net andersom. Mijn invalshoek is de vraag of een werk bij mij past en of ik het mooi vind.”

Is er een specifieke herinnering of ervaring die voor jou vormend is geweest voor jouw kijk op kunst?

“Dat is een hele kleine zwart-wit foto geweest van Gerco de Ruijter. Hij is een fotograaf die bekend is geworden door een camera onder een ballon te hangen en zo landschappen te fotograferen die grote abstracties krijgen. Ik was daar erg van onder de indruk. Deze herinnering is voor mij belangrijk omdat het een soort ‘shock’ was dat er op die manier naar een landschap gekeken kan worden. Het is iets wat kunst kan doen; abstracties die je op een nieuwe manier vragen laten stellen en nadenken over in dit geval een landschap.”

Tot welke kunstenaar of kunstwerk verhoud jij jezelf?

“Een van de allermooiste werken waar ik altijd naar terug ga is Titus aan de lezenaar van Rembrandt. Als ik door het Boijmans loop ga ik er altijd even voor zitten om naar te kijken. De manier waarop Rembrandt die jongen uitbeeldt, waarop hij bij die lessenaar zit en peinzend

nadenkt over een vraag die hij moet beantwoorden. Ik vind het zo’n prachtig beeld van een opgroeiend kind, dat leert, dat ik daar een speciale binding mee heb.

Een fotograaf die ik erg goed vind is Sanne Sannes, want ik ben natuurlijk erg aangetrokken tot fotografie. Ik heb zelfs mijn zoon naar hem vernoemd. Sannes omgang met modellen en afdruktechnieken waren heel vernieuwend voor zijn tijd.”

Wanneer valt een kunstwerk voor jou op?

“Wanneer een werk een grote mate van liefde uitstraalt. Ik denk dat ik daarom het werk van Maria Ikonomopoulou zo goed vindt. Zij heeft een hele toegewijde manier van kunst maken, wat mij opvalt en aantrekt. Op mijn bureau staat een boekje van haar wat ook een heel klein en fijn werk is. Pas als je er goed naar kijkt zie je dat het bestaat uit streepjes, rondjes, en vierkantjes waar soms reliëf in zit. Het laat een langdurig proces zien van iets dat heel nauwkeurig met de hand is gemaakt. Ik geloof niet dat ik van het grote gebaar ben, maar van de toewijding en precisie.”

weeda_thuis

Het werk van Maria Ikonomopoulou in het huis van Kees Weeda

Wat is volgens jou de taak van een kunstwerk?

“Cees Nooteboom zei een keer: “kunst hoeft niemands boodschappen te doen, zij is haar eigen boodschap”. Kunst hóeft niets, kunst is er. Wat een kunstwerk belangrijk maakt is wat je er zelf van vindt. Dus als je vindt dat een kunstwerk je ontroert dan is het goed, als je vindt dat het je kwaad maakt is het goed, en als je eraan voorbij loopt is het ook goed. Nou ja, dat laatste dan misschien weer niet. Volgens mij ging het citaat als volgt gaat verder: “Dikwijls heeft zij het over dingen, waarover je nauwelijks kunt praten en is zij uit de grotten en uithoeken van de menselijke psyche teruggekomen met vermoedens, dromen, suggesties waar voorlopig nog niemand naar wilde luisteren.” Nu probeer ik niet te verheven te klinken want dat is niet mijn bedoeling, maar het vertelt dat een kunstwerk de kijker zelf iets laat vinden. Het roept nieuwe vragen op en zoekt naar antwoorden die ik probeer te vinden. Of de kunstenaar dat bewust ook zo bedoeld heeft is minder relevant. Die maakt vanuit zijn eigen drijfveren maar niet vanuit een bepaalde functie wat kunst zou moeten zijn. Dat is het laatste wat je moet vragen.”

Op welk werk in jouw bezit ben jij het meest trots?

“Dat is moeilijk te zeggen, maar ik denk op een werk van Ossip Snoeck. Op dit moment heb ik het niet aan de muur hangen, maar is een afbeelding van een kind met het syndroom van Down. Het werk combineert een bepaalde mate van abstractie met indringendheid. Over het gezicht van het kind heen is het bewerkt met parallelle lijnen. Er zijn mensen die het behoorlijk ingewikkeld vinden om naar te kijken, en ik snap dat het nogal heftig binnen komt. Misschien heb ik het juist gekocht omdat het niet per sé mooi is. Omdat het niet makkelijk is, maar voor mij een gevoel van schoonheid weet te leggen in iets wat niet aan de normen beantwoordt.”

Hoe is jouw (eerste) aankoop van het werk van Maria tot stand gekomen?

“Ik vind dit, net als het portret van Titus, een heel lief en precies geschilderd werk waarin een grote zorgvuldigheid te zien is. Pas later heb ik er een invulling aan gegeven toen ik erover ging nadenken. Het heeft namelijk de vorm van een triptiek met maar één beschilderd vlak. Wanneer de luikjes gesloten zijn blijft er een zwart vlak over, wat mij deed denken aan Malevich die in 1915 Zwart Vierkant schilderde. Hij hing dit op een plek in Rusland waar altijd afbeeldingen van christelijke iconen hangen. Wanneer de luikjes geopend worden vormt dit schilderij een merkwaardige verbinding daarmee, als Malevich-icoon. In het begin zag ik dat er niet in, maar een kunstwerk blijft leven. Door de tijd kan het veranderen om mij uitnodigen om nieuwe dingen ervan te vinden.

* Kees Weeda zal 8 maart 2020 - 15.00 uur de tentoonstelling van Maria Ikonomopoulou bij Walgenbach Art& Books openen, waarbij ook het boek 'Anthology' zal worden gepresenteerd.

Links:
komende tentoonstelling van Maria Ikonomopoulou bij Hans Walchenbach